geld, het is een slet
een onoprecht verzuim
een onbereikbaar traag gebied
dat achter een slot van staal werd gelegd
in een schouw van graniet

die in dat duister huis vertoeven
met lege kamers te veel
ik wil geen dag als de mijne begroeten
dat ik aan het watermerk wen
dat stinkt naar zeefdrukinkt

geld wordt altijd goed bewaard
en het spijt ze niet
het als een peen aan het lijntje te knopen
in de hoop dat de ezel gaat lopen
die het voor de graal aanziet